Hoe is het met je? Ja, ik vraag het aan jou. Hoe is het met je? Geef jij regelmatig het antwoord: Ja druk. En wat betekent dat dan eigenlijk? Er zit een overtuiging onder dat druk zijn goed is. En dat vind jij misschien niet echt zo. Dat is je zo geleerd. En dat heeft weer te maken met de wet van bestuurlijke drukte. Ik wist niet dat die wetmatigheid bestond… totdat ik de nieuwsbrief van K+V las.
Hieronder een fragment uit de nieuwsbrief. Wil jij de gehele blog lezen. Klik dan op de tekst hieronder >>
Volle agenda’s en drukke vergaderingen
Het is natuurlijk wel zo veilig, die volle agenda’s en drukke vergaderingen.
Trainee battle Provincie Gelderland
Een voorbeeld uit mijn eigen rugzak: Daar gaan we dan: we stappen in het busje en gaan op pad. Team paars is on the road. Met als doel, een toffe dag en de battle tussen de andere potentiële trainees te winnen (en of dat gelukt is?)
De dag is georganiseerd door de provincie Gelderland en is bedoeld voor potentiële trainees. In verschillende busjes crossen de teams door de provincie. En wat in ons busje gebeurde? Dat heeft alles te maken met de wet van bestuurlijke drukte.
We hebben geleerd om onszelf te laten gelden. Dat betekent vaak door aanwezig te zijn. Fysiek en of verbaal. En toch lijkt het niet altijd te werken. Zo ook in het busje. Als 7 man (of vrouw) roepen waar we naartoe kunnen gaan heeft het geen enkele meerwaarde als er nog een 8ste persoon mee gaat roepen. Wat is dan de beste strategie voor de groep? En wat is de beste strategie voor jou?
Van achteruit nam ik dit fenomeen waar. Waarbij ik aan het eind van de dag de vraag kreeg: wat was jij stil? Zodra wij ons dus onttrekken aan de wet van de bestuurlijke drukte val je op. Vaak in negatieve zin.
Stel je voor dat dit busje een organisatie is…
Stel je voor dat dit busje jouw organisatie is. En waar iedereen mee doet met de ‘drukte’. Het gesprek wordt er niet beter op en het resultaat hoogstwaarschijnlijk ook niet. Het is een logische overlevingsmechanisme voor legitimeren van je ‘bestaansrecht’. En wat nu als je dat niet doet? En daar zit nu net de crux.
Druk zijn is goed, omdat het betekent dat je hard werkt. Of het uitmaakt wat je doet? Dat is de grote vraag. Dit geldt ook voor sommige handelingen die ‘horen’ bij sommige posities, bijvoorbeeld die van de opperman/vrouw (niet doorvertellen maar je kan het woord vervangen door manager).
Voorbeeld van de opperman of oppervrouw:
Stel je voor: jij gaat je oprit bestraten en je bent met 3 man (of vrouw). Persoon 1 (de stratenmaker) zorgt ervoor dat het zand gelijk gemaakt wordt, zodat de stenen gelegd kunnen worden. Dit noemen ze in jargon: afrijden.
Er blijven 2 personen over. De 2e persoon (de opperman (vrouw)) gaat aan de slag om de stenen van de pallet naar het begin van het straatwerk te rijden en legt alle stenen in een keer op een hoop, zo de pallets zijn leeg.
De 3e persoon (de legger/legster) gaat aan de slag, en legt de eerste paar meter en moet steeds verder naar achter reiken om de stenen te kunnen pakken. De opperman ziet dit en komt erbij en legt alle stenen weer dichtbij de legger. De legger is weer een meter verder en de opperman herhaalt zijn werkzaamheden totdat de gehele oprit dicht gelegd is met stenen.
Er klopt iets niet..
Er wordt hier keihard gewerkt en toch klopt er hier iets niet. Daar hoef je niet heel lang over na te denken. En toch gebeurt dit in sommige organisaties. En waarom: omdat in een systeem waarbij we sommige dingen meten (management control) je maar beter zoveel mogelijk kan doen. Stel je eens voor dat je dat niet doet?
Dan kan het effect op de groep wel eens heel positief zijn.